Joost Evertsz Vree
Joost Evertsz Vree,
geb. te Vrelant,
Omroeper, Snijder, dienaar der Justitie,
ovl. op 18-08-1739 te Huijsen,
begr. op 18-08-1739 te Huijsen;DTB-13-Begraven- Impost: f 3,-,
, -
Huizen-DTB-1A-Dopen; 28-01-1703: Aaltien; vader Joost Evertsen Snijder, moeder: Klaasien Willems(=Lubberts, was weduwe van Dirck Willemsz)
-
Naarden S&L-3712-Vreemdelingen; 22-01-1706; Joost Evertsz, Snijder, Vreemdeling van Vredelant
-
Huizen-DTB-1A-Dopen; 05-12-1706: Jantien; vader: Joost Evertsen, Omroeper, moeder: Klaasien Lubberts
-
ORA-184-3176; 20-05-1712: Claesje Lubberts weduwe wijlen Dirck Willemsz was comen te trouwen aen Joost Vree sonder bewijs aen haer twee kinderen genaemt Willem en Marritje Dircks, belooft: f 6.-/kind en opvoeding
-
ONA-3728A017; 11-09-1715: Op den Eed verklaren Aart Gerritsz Koppen/Coppen Buurmr en Ebbe Willemsz Kooij regerend scheepen des Dorps Huijsen, dat zij gehoord hebben dat schout Lambert Killewig aan Jacob Lambertsz Smit heeft gevraagd of, als de
laatste niet in de kerkenraad, er al lang vrede zou zijn. Gepassert in Huijsen in presentie van Willem Cornelisz Koeman en Joost Vree
-
ORA-184-3216A039; 08-07-1718: Joost Vree dienaar der Justitie en het boden-ampt waarnemende bij absentie van den schout, controleerde op 06-07-1718 op den "dank, vast en bedebdag"diende sig te informeren off niet imandt tegens het verbod van
den souvrain arbeijdende was oft opentlijke neringe quam te doen, en indien gevallen de sodnaige alsdan te bekeuren: Vondt Lambert Pronck thuis over een kuip met haring met in sijn hand een speet 6 a 7 haringe en sijn dogter besig was in de
hang te leggen om haring te roken.
-
ORA-184-3177; 30-06-1724: Akte van bewijs. Compareerden voor schepenen des dorps huijsen Joost (Evertsz) Vree ter eenre, en Harmen Tijmensz en Meeuwis Koij voogden over de minderjarige kinderen van wijlen Claasje Lubberts geprocre-eert bij de
voorn. Joost Vree ter andere sijde. Aan de kinderen f 150. Uijt eigen goederen aan Annetje Joosten vermits haar gebrekkelijkheijt f 50. en opvoeding
-
ORA-184-3177; 18-05-1725: Akte van bewijs. Willem Claasz Decker weduwnaar van Ariaantje Jans ter eenre mitsgaders Gerrit Claas Decker en Joost (Evertsz) Vree als voogden over hun 2 minderjarige kinderen, met name Jan Willemsz Decker en Claas
Willemsz Decker; ider kind f 6,- en opvoeding
-
ORA-184-3178; 21-05-1728: tot voogden over de minderjarige nagelaten kinderen van Marritje Dirks verwekt bij Cornelis Jacobsz Metselaar werden gestelt Joost Vree en Hendrik Sutloon
-
ONA-3731A070; 13-06-1730: Teuntje Hendirks de Jong eertijds weduwe van Jacob de Swart en nu huijsvrouw van Joost Vree (getrouwd 1724), wonende tot Huijsen, te kennen gevende dat sij comparante niet haar overleden man Jacob de Swart voor en
ten overstaan van de Geregte des dorps Huijsen op 24-05-1721 getesteert hebbende enz. Geeft nu specificatie van de goederen die bij het eerste huwelijk werden ingebracht: huijs, stukje land, contant geld en te goed hebbende scheerlonen geschat
op ca. f 350,-, inventaris. Institueert haar huidige man als universele erfgenaam
-
ORA-184-3178; 22-05-1733: Akte van bewijs. Nademaal Hendrik Sutloon is overleden, nalatende 2 minderjarige kinderen in huwelijk verwekt bij sijn weduwe Marritje Joosten; over welke kinderen sijn gecommitteert Joost Vree en Gijsbert Cornelisz
Dominicus, zijn overeengekomen f 10 per kind en opvoeding
-
ORA-184-3219; 14-03-1734: Compareerden voor Jan Gerritsz Commin en Cornelis Dirksz schepenen in Huijsen Joost Vree laast weduwenaer van Teuntie Hendrikz de Jong die bevoorens getrouwt is geweest met Jacob de Swart wonende alhier tot Huijsen
ter eenre; en Nelletie IJsakz meerderjarige ongetrouwde dogter alsmede Gijsbert Ebbe, en Pieter Evertsz Voorthuijsen diaconen van de Ger.Gem. in welke qualt. deselve aliementerende sijn Jannetie IJsaks
en Laastelijk deselve Diaconen welke gemagtigt sijn, Eerstelijk van Anna Martens weduwe en Boedel-houster van wijlen Claas (Lucasz) de Swart woonagtig tot Amsterdam (Nots Jan van Musschen tot Amsterdam; 26-09-1733)
en wijders van Lumme ? Claas weduwe van wijlen Claas IJsakz (acte Vollenhoven 29-09-1733); sijnde de voorn: Nelletie IJsaks, item de Diaconie voor Jannetie IJsaks, de kinderen van de voorn: Claas de Swart en de kinderen van Claas IJsakz de
eenige erfgenamen ab intesto van Jacob de Swart die in 1723 binnen desen dorpe is overleden en dus opgemelde comparanten ter andere sijde
Te kennen gevende dat Jacob de Swart en Teuntie Hendriks de Jongh op 24-05-1721 voor 2 schepenen alhier bij testament van hun goederen hadden gedisponeerd. Teuntie Hendriks de Jongh is kortelings overleden.
- Joost Vree erft; betaalt f 550.tr. (1) op 24-04-1701 te Huijsen; Pro Deo
met
Claesien Lubberts , dr. van Lubbert Jacobsz en Aeltje Elberts Vos,
geb. in 1665,
ovl. op 09-03-1719 te Huijsen,
begr. op 09-03-1719 te Huijsen; DTB-12-Begraven-Impost: Pro Deo,
, -
ORA-184-3176; 20-05-1712a: Claesje Lubberts weduwe wijlen Dirck Willemsz was comen te trouwen aen Joost Vree sonder bewijs aen haer twee kinderen genaemt Willem en Marritje Dircks, belooft: f 6.-/kind en opvoeding
-
ORA-184-3177; 30-06-1724: Akte van bewijs. Compareerden voor schepenen des dorps huijsen Joost (Evertsz) Vree ter eenre, en Harmen Tijmensz en Meeuwis Koij voogden over de minderjarige kinderen van wijlen Claasje Lubberts geprocre-eert bij de
voorn. Joost Vree ter andere sijde. Aan de kinderen f 150. Uijt eigen goederen aan Annetje Joosten vermits haar gebrekkelijkheijt f 50. en opvoeding,
tr. (1) op 15-05-1690 te Huijsen
met Dirck Willemsz ,
geb. in 1665,
ovl. op 07-02-1705 te Huijsen,
begr. op 07-02-1705 te Huijsen; DTB-12-Begraven-Impost: Pro Deo,
, -
ORA-184-3176; 20-05-1712a: Claesje Lubberts weduwe wijlen Dirck Willemsz was comen te trouwen aen Joost Vree sonder bewijs aen haer twee kinderen genaemt Willem en Marritje Dircks, belooft: f 6.-/kind en opvoeding
-
ORA-184-3176; 20-05-1712b: Tot vooghden over de kinderen van Dirck Willemsz verweckt aen Claesje Lubbertsz gestelt Willem Lubbertsz en Jan Comin.
Uit dit huwelijk:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Marretien | *1701 | Huijsen | †1768 | Huijzen; <= 1769 | 67 | 3 | 8 |
2 | Aaltien | *1703 | Huijsen | †1763 | Huijzen | 60 | 1 | 8 |
3 | Jantien | *1704 | Huijsen | | Huijsen; <= 1706 | | 0 | 0 |
4 | Jantien | *1706 | Huijsen | †1763 | Huijzen | 56 | 0 | 0 |
5 | Annetien | *1709 | Huijsen | †1725 | Huijsen; DTB-20 | 16 | 0 | 0 |
tr. (2) op 28-04-1724 te Huijsen; Impost 2x f 3,- = f 6,-
met
Teuntje Hendricks Jong de,
Gereformeerde Gemeente,
Belijdenis 22-03-1693,
ovl. op 12-08-1733 te Huijsen; Pro Deo,
begr. op 17-08-1733 te Huijsen; DTB-13-Begraven- Impost: f 3,-,
, -
ONA-3731A070; 13-06-1730: Teuntje Hendirks de Jong eertijds weduwe van Jacob de Swart en nu huijsvrouw van Joost Vree (getrouwd 1724), wonende tot Huijsen, te kennen gevende dat sij comparante niet haar overleden man Jacob de Swart voor en ten
overstaan van de Geregte des dorps Huijsen op 24-05-1721 getesteert hebbende enz. Geeft nu specificatie van de goederen die bij het eerste huwelijk werden ingebracht: huijs, stukje land, contant geld en te goed hebbende scheerlonen geschat op
ca. f 350,-, inventaris. Institueert haar huidige man als universele erfgenaam,
tr. (1)
met Mr. Jacob Claesz Swart
>